Indien u problemen heeft met de weergave van deze mail, klik dan alstublieft hier.

Infinite Update - 16 januari 2014

De eerste weken van 2014 liggen inmiddels achter ons. Hoogste tijd voor de eerste editie van Infinite Update. We informeren u over al het nieuws dat voor, rondom en na de feestdagen voorbij kwam. 


Agenda

geen tags
  • Donderdag 30 januari 2014: Netwerk Controllers en Financieel directeuren VO lees verder  

  • Donderdag 27 maart 2014: Netwerk Controllers en Financieel directeuren PO: Lustrumconferentie lees verder  

  • Donderdag 15 mei 2014: Netwerk Controllers en Financieel directeuren VO lees verder  

  • Donderdag 22 mei 2014: Netwerk Controllers en Financieel directeuren PO lees verder  

  • Donderdag 18 september 2014: Netwerk Controllers en Financieel directeuren PO  lees verder  

  • Donderdag 2 oktober 2014: Netwerk Controllers en Financieel directeuren VO lees verder   

  • Donderdag 20 november 2014: Netwerk Controllers en Financieel directeuren PO lees verder 



Netwerken Controllers

controller, risicomanagement, herstakkoord

Infinite Financieel organiseert netwerkbijeenkomsten voor controllers en financieel directeuren zowel in het PO als in VO. Tijdens deze bijeenkomsten komt telkens een thema uitgebreid aan de orde en wordt u op de hoogte gebracht van relevante ontwikkelingen. Er is ruimte om te netwerken, te reflecteren maar ook ervaringen te delen. De eerste in het nieuwe jaar is een Netwerkbijeenkomst voor Controllers en Financieel directuren in het VO op 30 januari aanstaande. Op de agenda staan: 

  • Presentatie en toelichting op het prognosemodel VO door Björn Koens van DUO
  • ‘In Control’-statement en continuïteitsparagraaf: hoe wordt de verantwoording er beter van? Door Monica van der Hoff-Israël, directeur Infinite Financieel
    gevolg door: Jaarverslag, leren van elkaar en van een goed voorbeeld: Reggesteyn
  • In het onderdeel 'actualiteiten bespreken we hoe organisaties de extra middelen uit herfstakkoord inzetten.

De bijeenkomsten (met lunch) zijn telkens van 10.00 tot 15.00 uur en vinden plaats in Utrecht.

Meer informatie over de netwerkbijeenkomsten PO

Meer informatie over de netwerkbijeenkomsten VO



Jaarrekeningen 2012 van instellingen voor funderend onderwijs (20 december 2013)

jaarrekening, jaarcijfers

In december 2013 is een rapport gepubliceerd met een overzicht van de jaarcijfers van de bekostigde besturen in de onderwijssectoren (speciaal) basisonderwijs ((s)bo), expertisecentra (ec), voortgezet onderwijs (vo) en de samenwerkingsverbanden (swv). Dit rapport is bedoeld om onder meer de Tweede Kamer een beeld te geven van de financiële staat van het funderend onderwijs en de belangrijkste ontwikkelingen daarin.
De staatssecretaris schrijft in een begeleidende brief bij het rapport onder meer:

  • uit de analyse komen geen directe verbanden naar voren tussen kenmerken als bestuursgrootte, leerlingaantallen of regio en de financiële indicatoren
  • sectoren po en vo zijn financieel gezond ,verreweg de meeste besturen lukt het om uit te komen met de beschikbare middelen. Dat neemt niet weg dat er scherpe keuzes gemaakt worden door besturen. 
  • besturen in het funderend onderwijs worden steeds professioneler en zijn door verstandige financiële meerjarenplanning goed in staat zijn een integrale afweging maken en anticiperen op ontwikkelingen met financiële consequenties.
  • 35 schoolbesturen in po en vo staan onder aangepast financieel toezicht.

Lees de brief van de staatssecretaris

Het rapport bevat per sector vergelijkende cijfers over de periode 2008-2012. Enkele conclusies uit het rapport zijn:

(speciaal) basisonderwijs

  • de sector als totaal heeft een licht positief resultaat behaald (€ 5 miljoen, 0,1%). Als de financiële baten buiten beschouwing blijven is het sectorresultaat 48 miljoen negatief
  • 3,5% van de schoolbesturen (dat zijn er 39 van de 1.070) heeft een solvabiliteit onder de   signaleringswaarde van 0,30 (gemiddeld is hun solvabiliteit 0,15)
  • de financiële baten bedroegen € 53 miljoen; een stijging met € 11 miljoen
  • 6,3% van de besturen (dat zijn er  67) hebben een liquiditeit lager dan de signaleringsgrens van 1,00 (gemiddeld is hun liquiditeit 0,63)
  • de lasten daalden met ongeveer € 100 miljoen, met name de personele lasten en de overige lasten daalden. 

(voortgezet) speciaal onderwijs

  • het eigen vermogen van de 77 schoolbesturen is gestegen met 11%
  • het positieve sectorresultaat bedraagt 30 miljoen (2,4%); 16 besturen (20%) behaalden een negatief financieel resultaat
  • de baten stegen met 5,4% ten opzichte van 2011, de lasten met 3%
  • 6,5% van de schoolbesturen (dat zijn er 5) hebben een solvabiliteit onder de signaleringswaarde
  • de liquiditeit van deze groep schoolbesturen bedraagt gemiddeld 2,38

voortgezet onderwijs

  • het sectorresultaat bedraagt € 94 miljoen positief (exclusief de financiële baten € 75 miljoen positief)
  • de 295 schoolbesturen kennen een gemiddelde solvabiliteit van 0,57. 7,8% (23 schoolbesturen) heeft een solvabiliteit lager dan de signaleringswaarde 0,30
  • de gemiddelde liquiditeit bedraagt 1,20. 47 schoolbesturen kennen een liquiditeit onder de 0,75, waarvan 25 onder de 0,50
  • de gemiddelde rentabiliteit bedraagt 1,2%. 30% van de besturen heeft een negatieve rentabiliteit; gemiddeld  -1,7%. En 11% van de schoolbesturen behaalde een rentabiliteit van meer dan 5%

De VO-raad heeft belangrijke kanttekeningen bij deze cijfers geplaatst. Men stelt ‘dat bestuurders scherpe keuzes moeten maken om uit te komen met de bekostiging. Het feit dat de besturen gemiddeld vrijwel precies uitkomen met de middelen komt doordat er moest worden bezuinigd op personeel’. Bovendien wijst de raad erop dat er sprake is van een momentopname. Eind 2012 werd de bekostiging (deels incidenteel) verhoogd en in januari 2013 weer verlaagd.

samenwerkingsverbanden

  • de 247 samenwerkingsverbanden behaalden gemiddeld een negatief resultaat van – 1,2% (4 miljoen). 50% behaalde een negatief resultaat en 50% een positief resultaat,waarvan de helft een positief resultaat van meer dan 5%
  • het gezamenlijke eigen vermogen van de swv bedraagt € 106 miljoen

Lees het rapport

Op de website van duo/cfi is ook een bestand beschikbaar met de cijfers van alle individuele schoolbesturen.



Sectorplan voor 1500 banen voor leraren primair onderwijs (13 december 2013)

CAOP, vf/pf, arbeidsmarktplatform, sectorplan, mobiliteitspool, transfercentra

De sociale partners in het primair onderwijs, verenigd in het Arbeidsmarktplatform PO en het Vervangingsfonds/Participatiefonds hebben een sectorplan bij het ministerie van SZW ingediend. Met meer mobiliteit in de sector, het daardoor voorkomen van ontslagen en het werven van jonge leraren moet het primair onderwijs de komende paar jaar 1500 leraren kunnen behouden of aantrekken. De leerlingenkrimp heeft in drie jaar tijd de werkgelegenheid met 9,6 procent laten dalen, maar die groeit vanaf 2016 weer. Als SZW het sectorplan goedkeurt, gaan het Arbeidsmarktplatform PO en het Vervangingsfonds/Participatiefonds dat de komende twee jaar tijd uitvoeren.

Het sectorplan kent drie hoofdthema’s:

  • Regionale transfercentra voor bemiddeling van werk naar werk in die regio’s waar nog tot 2020 krimp zal zijn
  • Landelijke mobiliteitstools voor die centra en andere samenwerkingsverbanden van schoolbesturen elders in het land
  • Een hogere instroom van jongere leraren door bijvoorbeeld oudere collega’s andere taken te geven.

In het sociaal akkoord tussen regering en sociale partners van april 2013 is onder meer afgesproken dat het ministerie van SZW cofinanciering geeft voor sectorplannen die de werkgelegenheid in stand houden of stimuleren. Met 169.900 medewerkers in 2012 is het primair onderwijs een grote werkgever in de publieke sector. Door de leerlingenkrimp is de werkloosheid op de basisscholen, ook in het speciaal onderwijs, toegenomen en is de werkgelegenheid gedaald. De afgelopen drie jaar van ruim 133.000 naar 122.500 fulltimebanen. Het aantal WW-uitkeringen is met bijna zestig procent gestegen naar 5.612 uitkeringen in 2012. PABO-afgestudeerden zijn vaker werkloos of hebben veelal tijdelijke contracten. In 2012 is de gemiddelde leeftijd van leraren 43,2 jaar maar in 2020 kan het aantal zestigplussers op 10.440 liggen. Door de vergrijzing en een dalend aantal PABO-studenten dreigt volgens de laatste arbeidsmarktgegevens in een aantal regio’s vanaf 2016 een lerarentekort.
lees meer



Tot 2022 daling leerlingaantal basisscholen (16 december 2013)

leerlingaantal, kernprognose, CBS

Eind 2013 telt Nederland 1,52 miljoen kinderen in de basisschoolleeftijd van 4 tot 12 jaar. Dat zijn er 75 duizend minder dan vijf jaar geleden. Voor de komende acht jaar wordt een daling met nog eens 96 duizend kinderen verwacht. Het aantal leerlingen op basisscholen zal daardoor de komende jaren verder afnemen. Dit blijkt uit de kernprognose 2013-2060 die door het CBS is gepubliceerd. De dalende trend zet zich naar verwachting door tot 2022. In dat jaar zal het aantal kinderen in de basisschoolleeftijd tot 1,43 miljoen zijn afgenomen. In de jaren daarna wordt een toename voorzien.



Regeling ‘continuïteitsparagraaf’ jaarrekening (20 december 2012)

continuiteitsparagraaf, jaarrekening

In het verlengde van de brief die de bewindslieden in april 2013 aan de Tweede Kamer hebben gestuurd inzake versterking bestuurskracht, is d.d. 12 december 2013 de Regeling verslaggeving onderwijs aangepast.
Ingaande het verslagjaar 2013 moeten schoolbesturen een continuïteitsparagraaf in hun jaarrekening opnemen. Daarin rapporteert ieder schoolbestuur over de te verwachten belangrijke ontwikkelingen de eerste drie jaar na het verslagjaar. De regeling noemt zes onderwerpen die in dit meerjarenperspectief over de komende 3 jaren aan de orde moeten komen (PO en VO)

  • Een aantal kengetallen m.b.t. de verwachte ontwikkeling van het aantal leerlingen en het personeelsbestand met toelichting.
  • Een meerjarige balans met toelichting op de te verwachten belangrijke ontwikkelingen in de financieringsstructuur, in het huisvestingsbeleid (voor zover niet van gemeentewege geregeld) en in mutaties van reserves, fondsen en voorzieningen.
  • Een meerjarige raming van baten en lasten met toelichting waar het gaat om de financiële gevolgen van ontwikkelingen in aantallen leerlingen, ontwikkelingen in personele bezetting, ontwikkelingen in huisvesting en in eventuele overige ontwikkelingen.
  • Een rapportage m.b.t. de aanwezigheid en werking van het interne risicobeheersings- en controlesysteem.
  • Een beschrijving van de belangrijkste risico’s en onzekerheden.
  • Een rapportage van het toezichthoudend orgaan.

Voor het MBO geldt een analoge set onderwerpen.
Eind december 2013 zijn de instellingen en besturen per brief hierover geïnformeerd.
Het is de bedoeling dat al in het verslagjaar 2013 een eerste aanzet wordt gedaan voor de verslaglegging op deze terreinen en dat dit vanaf het verslagjaar 2014 in een meer definitieve vorm gestalte krijgt. Eind 2014 wordt deze regeling geëvalueerd en is het mogelijk om onderdelen die weinig waarde toevoegen, te schrappen. Van de accountant wordt niet gevraagd om deze informatie inhoudelijk te toetsen. De accountant krijgt uiteraard wel de taak om te controleren of de informatie in het jaarverslag aanwezig is.
lees meer



Voortgang passend onderwijs (18 december 2013)

voortgangsrapportage, passend, onderwijs, ECPO

Op de valreep van het kerstreces sprak de Vaste Kamercommissie OCW sprak op woensdag 18 december met staatssecretaris Dekker over de derde voortgangsrapportage passend onderwijs.
Uit het debat en de onderliggende stukken (onder meer ECPO en Gateway Review) blijkt dat steeds meer het besef post vat dat het enkele jaren gaat duren voordat de nieuwe samenwerkingsverbanden passend onderwijs alle mogelijkheden (en risico’s) die het nieuwe stelsel biedt in de vingers hebben. En dat dit alle swv zonder meer gaat lukken, is geen vooraf vaststaand feit, want het nieuwe stelsel passend onderwijs biedt beleidsruimte en is complex. Deze complexiteit moet doorgrond worden en de beleidsruimte echt benut worden. Goede implementatie van passend onderwijs vergt daadkracht van de nieuwe samenwerkingsverbanden, onder meer in het belang van de continuïteit voor leerlingen, ouders en personeel. Ook aan de orde kwam de uiterste mogelijkheid die het ministerie heeft om een bewindvoerder in te stellen als uit de monitor blijkt dat het niet goed gaat met de invoering. Download de derde voortgangsrapportage passend onderwijs.



VNG past modelverordening leerlingenvervoer aan (8 januari 2014)

VNG, leerlingenvervoer

De VNG heeft de modelverordening leerlingenvervoer aangepast, in verband met de invoering van passend onderwijs op 1 augustus 2014 van start.
Er zijn enkele inhoudelijke aanpassingen (voortvloeiend uit de wet):

  • De regeling (bedoeld wordt de verordening) dient rekening te houden met de van ouders redelijkerwijs te vergen inzet
  • Leerlingen die voortgezet speciaal onderwijs volgen kunnen slechts aanspraak maken op een vervoersvoorziening als zij wegens hun handicap op ander vervoer dan openbaar vervoer zijn aangewezen, dan wel vanwege hun handicap niet zelfstandig van openbaar vervoer gebruik kunnen maken

Daarnaast wordt de modelverordening vereenvoudigd. De indeling van de ‘oude’ modelverordening volgde de drie onderwijswetten, te weten de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra en de Wet op het voortgezet onderwijs. Deze indeling wordt verlaten en vervangen door een indeling die de tweedeling van de samenwerkingsverbanden passend onderwijs volgt: 1) primair onderwijs en 2) voortgezet onderwijs. Hoewel instellingen voor het speciaal onderwijs van de clusters 1 en 2 niet zijn aangesloten bij een samenwerkingsverband passen zij toch in het model, wanneer onderscheid wordt gemaakt tussen primair en voortgezet onderwijs, dat leerlingen op deze instellingen volgen.
Op de website van de VNG is de nieuwe model verordening te vinden, alsmede een toelichtende brief en een ‘schema voorwaarden toekenning leerlingenvervoer’.



Relatie tussen ‘goed bestuur’ en onderwijsopbrengsten onderzocht  10 december 2013)

onderwijsopbrengsten, governance

Door de KPC Groep is een verkenning uitgevoerd naar de relatie tussen “goed bestuur” en de onderwijsopbrengsten in zowel het primair als het voortgezet onderwijs. Dit door middel van casestudies bij 15 scholen (14 besturen). Door de scholen te ordenen naar hoogpresterend en laagpresterend kon een vergelijking tussen twee categorieën (zwakkere scholen en sterkere scholen) gemaakt worden op de variabelen ‘bestuursinrichting’, ‘onderwijskwaliteit’, ‘kwaliteitszorg’ en ‘personeelsbeleid’. Uit het onderzoek blijkt dat een aantal aspecten van bestuursinrichting, onderwijskwaliteit, kwaliteitszorg en professionalisering gerelateerd zijn aan onderwijsopbrengsten. Het is echter nog onduidelijk wat de invloed en de richting hiervan is.
Het rapport bevat een flink aantal aanbevelingen ten aanzien van rollen, gedrag, deskundigheid, communicatie, personeelsbeleid en focus.
Lees het rapport



Rectificatie op Regeling aanpassing stichtings- en opheffingsnormen voor het basisonderwijs 2013 (8 december 2013)

stichting-en-opheffingsnormen

In bijlage 2 van de regeling Regeling aanpassing stichtings- en opheffingsnormen voor het basisonderwijs 2013 zijn twee rectificaties doorgevoerd. Deze betreffen de gemeenten Peel en Maas en Reimerswaal.
bekijk de regeling



Erasmus+: 500 miljoen voor onderwijs (11 december 2013)

erasmus, subsidieprogramma

Erasmus+, het nieuwe Europese subsidieprogramma voor het onderwijs, is van start gegaan. Scholen en onderwijsorganisaties kunnen op 3 terreinen subsidie aanvragen: internationale leermobiliteit, samenwerking voor innovatie en ondersteuning van beleidshervormingen. Erasmus+ is de opvolger van het huidige programma 'Leven Lang Leren' en loopt tot 2020. Nuffic, het Europees Platform en CINOP voeren als Nederlands Nationaal Agentschap het programma uit. In totaal heeft de Europese commissie een budget van € 14,7 miljard gereserveerd voor de uitvoering van Erasmus+. Van dit budget komt ongeveer € 500 miljoen beschikbaar voor het Nederlandse onderwijs. Scholen kunnen dit geld onder meer gebruiken voor de financiering van taalonderwijs in binnen- en buitenland, uitwisselingsprogramma’s en stages van leerlingen in het buitenland en het opzetten van strategische partnerschappen. Daarnaast kunnen de middelen worden ingezet om docenten de gelegenheid te bieden een opleiding te volgen of les te geven in het buitenland. Erasmus+ stelt leerlingen en docenten zo in staat internationale kennis en ervaring op te doen. De procedure voor het aanvragen van subsidie is veranderd ten opzichte van het vorige programma en vereist een duidelijke visie op internationalisering. Om in aanmerking te komen voor subsidie kunnen schoolbesturen een aanvraag indienen via de website van Erasmus+. Dit kan niet meer gedaan worden door docenten.



Eisen aan prognose bij verzoek stichten basisschool (30 november 2013)

progose, stichten+scholen

De regeling die beschrijft aan welke eisen een prognose met betrekking tot het richting van een school moet voldoen is geactualiseerd. In artikel 75 van de WPO is geregeld dat bij ministeriële regeling modellen worden vastgesteld voor het verstrekken van een prognose van het te verwachten aantal leerlingen bij (onder meer) de start van een nieuwe basisschool. Omdat bij verplaatsing, omzetting of uitbreiding met openbaar of bijzonder onderwijs van basisscholen (artikel 84 WPO) eveneens een prognose wordt vereist zoals bedoeld in de planprocedure basisonderwijs, zijn deze eisen eveneens van toepassing op dergelijke aanvragen. De meest gehanteerde prognose modellen zijn: PVGpro, VSWO-model en G4pro. Voor genoemde drie modellen geldt in ieder geval dat deze voldoen aan het programma van eisen dat in overleg met de besturenorganisaties en het departement door de VNG is opgesteld.
lees meer



Regeling Leerplusarrangement VO 2014 ongewijzigd (20 december 2013)

leerplusarrangement, VO

Op 20 december 2013 heeft de staatssecretaris de huidige regeling met (opnieuw) een jaar verlengd en het bedrag per leerling vastgesteld op € 750. De regeling is per 2013 met één jaar verlengd in plaats van de voorheen gebruikelijke twee jaar, zodat de verdeelsystematiek mogelijk per 2014 kon worden aangepast. Hiervoor is destijds gekozen, omdat het Leerplusarrangement werd geanalyseerd in navolging van het achterstandenbeleid in het primair onderwijs. De analyse moest uitwijzen of het bekostigingsarrangement aansluit op de maatschappelijke ontwikkelingen en of het toekomstbestendig is. De analyse is echter nog niet af en daarom past staatssecretaris Dekker de verdeelsystematiek van de regeling (nog) niet aan. De postcodetabel, het bedrag per leerling en de teldata (1-10-2011 en 1-10-2012) uit het kalenderjaar 2013 blijven gehandhaafd. Ook de verdeelsystematiek blijft ongewijzigd. Dit om recht te doen aan de continuïteit van de bedrijfsvoering. Door het handhaven van de twee teldata loopt de regeling weer in de pas met de gebruikelijke cyclus van twee jaar. Kortom: om in het kalenderjaar 2014 in aanmerking te komen voor aanvullende personele bekostiging vanuit het Leerplusarrangement, moet op beide teldata, 1-10-2011 en 1-10-2012, de drempelwaarde worden overschreden.
lees de regeling




Algemene Rekenkamer over overdracht buitenonderhoud naar schoolbesturen (12 december 2013)

buitenonderhoud, rekenkamer, PO-Raad

De Algemene Rekenkamer (AR) heeft aanbevelingen geformuleerd over de overheveling van het buitenonderhoud aan schoolgebouwen en de uitname van 256 miljoen euro uit het gemeentefonds.
De aanbevelingen zijn gebaseerd op een risicoanalyse. De AR ziet de volgende risico’s:

  • Veel schoolbesturen hebben te weinig reserves en hoge energiekosten
  • Krimp
  • Herverdeeleffecten van de overheveling van het buitenonderhoud
  • Er zijn nu te weinig gemeentelijke investeringen en de over te hevelen middelen zijn gebaseerd op de werkelijke gemeentelijke uitgaven, in plaats van de gevraagde gemeentelijke uitgaven
  • Te weinig expertise over bouwheerschap onder schoolbesturen.

De Algemene Rekenkamer ziet bij de uitname van de 256 miljoen euro ook een aantal risico’s:

  • Gemeenten anticiperen mogelijk op de uitname door extra te besparen op onderwijshuisvesting
  • Schoolbesturen zijn niet verplicht het geld dat beschikbaar komt uit te geven aan huisvesting. Het bedrag wordt onderdeel van de lumpsum. Ook is een deel opgenomen in het Nationaal Onderwijsakkoord. Het gevaar bestaat , dat dit geld nog steeds niet aan onderwijshuisvesting ten goede zal komen
  • Schoolbesturen in het primair onderwijs mogen de middelen uit de lumpsum niet inzetten voor nieuwbouw. De onderwijsinspectie heeft geconstateerd dat een deel van de scholen dit - vaak noodgedwongen - toch doet, omdat de gemeente onvoldoende in de huisvestingsbehoefte van de school voorziet. Dit typeert OCW als onrechtmatig en ongewenst. De AR wijst erop dat het risico van investeringen door schoolbesturen zal toenemen omdat zij zich genoodzaakt voelen om zelf te investeren in nieuwbouw of uitbreiding.

In een reactie stelt de PO-Raad dat veel risico’s inmiddels al zijn ondervangen in gemaakte afspraken. Daarnaast stelt de Raad dat met alle voorstellen die tot nu gedaan worden, ‘getracht wordt binnen het bestaande stelsel verbeteringen aan te brengen. Hoewel elke verbetering welkom is, is de huisvestingssituatie van de scholen in het primair onderwijs zodanig achterop geraakt, dat een echte oplossing moet worden gezocht in een aanpassing van het stelsel zelf. De PO-Raad zal dan ook het initiatief nemen voor een ‘Scheveningsberaad 2.0’, om op de langere termijn te komen tot een herijking van het huisvestingsstelsel en de bestuurlijke verhoudingen daarbij. Voor de korte en middellange termijn is het noodzakelijk te werken aan bijstelling van het bestaande stelsel’.
Lees de brief van de Algemene Rekenkamer
Lees de reactie van de PO-Raad



Drempelwaarden Europees aanbesteden 2014-2015 bekend (20 december 2013)

europees, aanbesteden, pianoo

Een overheidsopdracht die evenveel of meer bedraagt dan een bepaald drempelbedrag moet verplicht Europees worden aanbesteed. Deze drempelwaarden worden om de twee jaar aangepast.

Hieronder een overzicht van de drempelwaarden in euro's (excl. btw) voor de periode 2014-2015:

  • Werken: € 5.186.000
  • Leveringen en diensten: € 207.000.

http://www.pianoo.nl



Regeling lerarenbeurs verlengd en verantwoording zij-instromers vereenvoudigd (15 januari 2014)

lerarenbeurs, zij-instromers

Met de onderhavige regeling wordt de Regeling lerarenbeurs voor scholing en zij-instroom 2009-2017 op enkele onderdelen gewijzigd. De regeling bevat twee subsidies: de lerarenbeurs, bestaande uit een subsidie voor studiekosten en een subsidie voor studieverlof, en de subsidie zij-instroom. De lerarenbeurs stelt leraren in staat om met subsidie een opleiding te volgen die leidt tot een hogere kwalificatie. Daarmee wordt bijgedragen aan de professionele ontwikkeling van de leraar: één van de onderwijsambities van het kabinet. De zij-instroomsubsidie stelt onderwijswerkgevers in staat om een zij-instromer te begeleiden en te laten opleiden en bevordert op die manier dat personen van buiten het onderwijs met een hoger onderwijsachtergrond op een snelle en effectieve manier kunnen instromen.

Na afloop van de aanvraagtermijn voor de lerarenbeurs van 2013, was het beschikbare budget nog niet uitgeput. Om het volledige budget te benutten werd de aanvraagtermijn, die liep van 1 april tot en met 15 mei, verlengd tot en met 14 juni zodat leraren meer tijd hadden om een lerarenbeurs aan te vragen. Tevens werd aan leraren die eerder een korte opleiding gevolgd hebben met behulp van de lerarenbeurs, de mogelijkheid geboden opnieuw een lerarenbeurs aan te vragen, maar dan voor een bachelor- of masteropleiding. Die mogelijkheid was bij een eerdere wijziging van de regeling uitgesloten.

Daarnaast wordt het verantwoordingsregime van de subsidie zij-instroom aangepast en wordt de definitie van het begrip zij-instromer gecorrigeerd.

Deze wijzigingen worden met de onderhavige wijzigingsregeling met terugwerkende kracht in de Regeling lerarenbeurs opgenomen. Zij hebben daarmee effect voor zowel de subsidieronde van 2013 als de subsidierondes voor de komende jaren.

De bedragen zijn ongewijzigd.


  Savannahweg 17
3542 AW Utrecht
T 085-8769437
E info@infinitebv.nl
W www.infinitebv.nl
D Link naar disclaimer
A Afmelden nieuwsbrief