Infinite Update - 25 november 2015

• 11 februari 2016: Netwerk Controllers VO: lees meer
• 17 maart 2016: Netwerk Controllers PO: lees meer 
• 19 mei 2016: Netwerk Controllers VO: lees meer
• 9 juni 2016: Netwerk Controllers PO: lees meer
• 22 september 2016: Netwerk Controllers PO: lees meer
• 29 september 2016: Netwerk Controllers VO: lees meer
• 17 november 2016: Netwerk Controllers PO: lees meer 

Onze controllers die (parttime of interim) onze klanten in het primair onderwijs ondersteunen bij het opstellen van de begroting 2016 hebben een lijstje met aandachtspunten opgesteld. Wij delen deze informatie graag met u. En zijn desgewenst ook graag bereid uw begroting 2016 van een second opinion te voorzien.

1. Bepaal zorgvuldig op welke aannames de loonkostenbegroting waar u mee werkt is gebaseerd. Zijn de volgende onderwerpen wel of niet in de begroting verwerkt:
   - Periodieken;
   - Loonsverhoging per 1 september 2015 met 1,25% (loonruimteakkoord);
   - Loonsverhoging per 1 januari 2016 met 0,8% als gevolg van de daling pensioenlasten per 1 januari 2015;
   - Loonsverhoging per 1 januari 2016 met 1,6% (loonruimteakkoord);
   - De ontwikkelingen van de premies Vervangingsfonds (van 6% naar 6,5% per 1 januari 2016, plus 0,18% BGZ opslag - zie een bericht verderop in deze Update -, in totaal dus 6,68%) en Participatiefonds (van 3,75% naar 4% per 1 augustus 2016);
   - Uw inschatting van de ontwikkeling van de werkgeverslasten (sociale verzekeringswetten, pensioenpremies als gevolg van het dekkingstekort).
2. Werk voor de leerlingprognoses met (bijvoorbeeld) het scenariomodel PO.
3. De aangepaste vergoedingen voor de personele bekostiging voor 2015-2016 zijn onlangs In deze circulaire zijn de extra vergoedingen ter dekking van de loonkostenstijgingen uit het loonruimteakkoord verwerkt. Als gevolg van de aanvullende kabinetsbijdrage 2015 (voor heel 2015 1%, omgerekend naar schooljaar 2015/2016 en rekening houdend met het betaalritme) zijn de vergoedingen met 2,894% gestegen. Deze stijging is in 2016 blijvend, hierin zijn naast de loonstijging van 1,6% ook de loonkostenontwikkelingen op grond van de referentiesystematiek meegenomen (0,44%). De vergoedingsbedragen zullen in mei 2016 nog worden verhoogd met 0,1% in verband met de nog niet gedekte loonkosten stijging in 2016 (terugwerkende kracht tot 1 januari 2016).
4. In het loonruimteakkoord is uitgegaan van een daling van de pensioenlasten van 1,4% ter dekking van de stijging van een loonsverhoging per 1 januari 2016 (naast de eerder genoemde verhogingen) van 1,4%. De werkelijke ontwikkeling van de pensioenlasten is van meerdere factoren afhankelijk zoals de levensverwachting en de renteontwikkeling. Deze factoren hebben invloed op de dekkingsgraad van het pensioenfonds. Het kan dus zijn dat ondanks het loonruimteakkoord de pensioenlasten stijgen. Of en de mate waarin is onzeker. U kunt hier zelf een inschatting van maken, dan wel in de toelichting op de begroting dit risico duidelijk verwoorden.
5. Bepaal welke extra uitgaven u op grond van het Bestuursakkoord PO wilt gaan doen. Hierbij moet u denken aan: een implementatie- en investeringsplan voor onderwijs en ICT, cultuureducatie, een passend en uitdagend onderwijsaanbod voor toptalenten, het terugdringen van het zittenblijven van 3% tot 2%, meer bewegingsonderwijs en leraren met differentiatievaardigheden.
6. Voor zover u nog geen eigen risicodrager (ERD) bent voor het Vervangingsfonds, hou rekening met de diverse wijzigingen in de vergoedingensystematiek van het Vervangingsfonds per 1 januari 2016, waaronder het werken met vergoedingen in normbedragen in plaats van de werkelijke bedragen en het beperken van vergoedingsmogelijkheden op andere onderdelen.
   Indien u wel ERD bent of wordt houdt er rekening mee dat er een effect kan zijn op uw GGL. Personeel op uw loonlijst dat gedeclareerd werd bij het VF telde niet mee in de bepaling van de GGL, vervangers in eigen dienst wel. Vaak zijn dit jongere leerkrachten en dus ontstaat er een effect op uw GGL.
7. Expliciteer de aannames en de risico’s in de begroting, zowel ten aanzien van de baten als van de lasten. Hier kunt in de loop van 2016 bij het opstellen van actuele eindejaarsprognoses op terug grijpen.
8. Voor uw meerjarenbegroting is ook het meerjarig perspectief van belang. Belangrijk is dat u de baten en lasten behorend bij de (loon)kostenontwikkelingen begroot. Ook voor de komende jaren staan er nog extra middelen in de planning. De verwachte extra bedragen per leerling zijn (bron PO-Raad):

Heeft u vragen over dit bericht? Stel uw vraag via info@infinitebv.nl.
Lees ook het derde bericht in deze Infinite Update over de oproep van de sociale partners in het onderwijs aan het kabinet om een eventuele stijging van de pensioenpremie te compenseren.

In dit bericht wordt de volgende vraag beantwoord: Is de GPL aanpassing voor leraren in het VO per 1 januari 2016 voldoende voor de te verwachten loonkostenstijging per 1 januari 2016?

De aanpassing van de GPL per 1 januari 2016 bedraagt 1,895 procent ten opzichte van de laatst vastgestelde GPL voor 2015. Deze laatst vastgestelde GPL voor 2015 is te vinden in de regeling van 27 oktober 2015. Deze GPL is hoger dan een eerder vastgestelde GPL vanwege de loonstijging per 1 september en de eenmalige uitkering van € 500 in september/oktober.

De stijging van de loonkosten in 2016 ten opzichte van 2015 is nog niet goed te ramen. De loonkosten bestaan immers enerzijds uit de schaallonen, vakantie-uitkering en eindejaarsuitkering,  plus anderzijds het werkgeversdeel van sociale premies en pensioenpremies. Er is medio november nog veel onduidelijkheid over de hoogte van het werkgeversdeel van sociale premies. Om die reden is (begrotingstechnisch) de meest voor de hand liggende optie om te veronderstellen dat het werkgeversdeel sociale premies en pensioenpremies niet verandert per 1 januari 2016. Bij een gelijkblijvende premielast voor het werkgeversdeel is de mutatie in de loonkosten gelijk aan de mutatie in de loonschalen. Ten opzichte van het gemiddelde maandloon in 2015 stijgt het maandloon in 2016 met circa 2,75 procent.
Conclusie. De loonkosten voor de werkgever stijgen dan circa 0,85 procent meer dan de GPL.  Die extra stijging kan nog worden bijgesteld door wijzigingen in het werkgeversdeel van de sociale premies en/of de pensioenpremie, die naar verwachting in december a.s. worden bekend gemaakt.

Wij zijn desgewenst graag bereid uw begroting 2016 van een second opinion te voorzien.

Heeft u vragen over dit bericht? Stel uw vraag via info@infinitebv.nl.
Lees ook het volgende bericht in deze Infinite Update over de oproep van de sociale partners in het onderwijs aan het kabinet om een eventuele stijging van de pensioenpremie te compenseren.

De sociale partners in het onderwijs, waaronder de PO-Raad, de VO-raad, de AVS en de vakbonden, hebben het kabinet opgeroepen om, indien het ABP besluit de pensioenpremie te verhogen, de kosten van de premiestijging op zich te nemen. De organisaties stellen dat een ABP besluit tot premieverhoging de sociale partners in het onderwijs voor zeer grote problemen zal stellen. Op initiatief van het kabinet is in de zomer een - weliswaar niet door alle partijen ondertekend - loonakkoord gesloten, waarin de onderwijsinstellingen zich hebben gecommitteerd aan een loonstijging voor 2015 en 2016. Er is daarbij gerekend met een vermindering van de ABP-premie als een van de bronnen voor deze loonstijging. De sociale partners vrezen dat het tegenovergestelde kan gebeuren. Alles overziende is er dan, zo stellen zij, slechts één oplossing, en dat is dat het kabinet de kosten van de premiestijging voor zijn rekening neemt.
lees meer

POinControl.nl is een dynamische webapplicatie voor onder meer controllers in het primair onderwijs gericht op de organisatie van de eigen Planning&Control-cyclus. De applicatie ondersteunt controllers bij de planning en totstandkoming van de P&C-documenten (meerjaren)begroting, tussentijdse rapportages en het jaarverslag.
De afgelopen maanden is druk gewerkt aan de uitbreiding van POinControl.nl. Dat heeft geresulteerd in de uitgebreide POinControl.nl PRO versie. In deze versie is het mogelijk om nog meer zelf aan de knoppen te draaien. Zo zijn er diverse filtermogelijkheden toegevoegd, waardoor de P&C planning nog specifieker op uw situatie wordt afgestemd. U kunt nu bijvoorbeeld kiezen voor filters naar grootte van uw schoolbestuur, het gebruikmaken van wel of geen extern administratiekantoor en kunt u aangeven welke rol u heeft binnen uw organisatie. Ook kunt u vanaf nu uw P&C cyclus monitoren door het activeren van een e-mail of sms-notificatie. Bij ieder gewenst oplevermoment ontvangt u een herinnering.

Naast de nieuwe uitgebreide PRO versie blijft ook de algemene, gratis versie beschikbaar.
www.POinControl.nl

Onze succesvolle controllersnetwerken komen ook in 2016 weer bijeen. Dit zijn de data.
Netwerk voortgezet onderwijs: 11 februari, 19 mei en 29 september (donderdagen)
Netwerk primair onderwijs: 17 maart, 9 juni, 22 september en 17 november (donderdagen).
U kunt zich vanaf heden weer inschrijven voor deelname. Bij inschrijving voor deelname aan alle bijeenkomsten in het kalenderjaar wordt een korting verleend.

Via DUO (‘Kijkglas’) zijn per samenwerkingsverband de leerlingenaantallen BAO, VO, SBO, SO, VSO, LWOO en PRO beschikbaar. Hiermee kunnen SWV hun inkomsten en verplichte afdrachten bepalen, een belangrijke stap op weg naar vaststelling van de begroting.
Infinite Financieel heeft begrotingsmodellen voor samenwerkingsverbanden PO en VO beschikbaar.
Ga naar de Kijkglazen (DUO)
Lees meer over de begrotingsmodellen van Infinite Financieel

Met ingang van 1 januari 2016 stopt het Ministerie van OCW de subsidie aan het Vervangingsfonds voor taken en producten op het gebied van de bedrijfsgezondheidszorg, bijvoorbeeld het opzetten van arbobeleid, verzuimbeleid en re-integratiebeleid. De reden hiervoor is dat een aparte subsidie niet meer past bij de bekostiging via lumpsum. De subsidie van 7,9 miljoen euro is nu opgenomen in de programma’s van eisen 2016. Zo wordt voor het (speciaal) basisonderwijs en het (voortgezet) speciaal onderwijs het bedrag, binnen de leerlingafhankelijke programma’s, verhoogd met € 5,12 per leerling. Het Vervangingsfonds int vervolgens via een BGZ-opslag op de premie een bijdrage bij scholen voor bovengenoemde taken en producten. De opslag bedraagt 0,18 procent.
Lees meer

Er zijn situaties waarin het wenselijk is dat een leerling (mede) op een ander locatie dan de reguliere school onderwijs volgt. De staatssecretaris schreef hierover een brief aan de Tweede Kamer en er is een Algemene maatregel van Bestuur in de maak.
De brief gaat in op vier  situaties waarin onderwijs op een andere locatie dan de school mogelijk kan zijn: lichamelijke en psychische problemen, thuisonderwijs, basisschoolleerlingen met bijzondere talenten voor sport of cultuur en onderwijs in het buitenland. De brief schetst mogelijkheden en voorwaarden.
Daarnaast staat er een Algemene maatregel van Bestuur op stapel over dit onderwerp in relatie tot passend onderwijs. De AmvB bevat regelgeving met betrekking tot de vorming van een OPDC (Orthopedagogisch Didactisch Centrum) in het primair onderwijs (dit is al mogelijk in het voortgezet onderwijs). En de maatregel werkt mogelijkheden uit voor het tijdelijk geheel of gedeeltelijk volgen van onderwijs op een andere school de dan eigen school, bijvoorbeeld een andere reguliere school of een school voor (voortgezet) speciaal onderwijs.
De concept AmvB staat tot eind van deze maand open voor commentaar, via een internetconsultatie.
Lees de brief

Lees het bericht over de internetconsultatie

Onlangs is de 'Onderwijsmonitor' gepresenteerd. Deze interactieve monitor geeft op het niveau van het stelsel inzicht geeft in de prestaties van het onderwijs. De monitor bevat een dashboard van output- en outcome indicatoren aangevuld met een wegwijzer naar actuele beleidsinformatie over het onderwijsproces. De monitor is in de eerste plaats opgesteld voor het parlement, maar ook voor vele anderen interessant en bruikbaar.
Lees meer

De commissie die onderzoek deed naar de werking van de in 2011 ingevoerde Fusietoets heeft haar rapport gepresenteerd. Uit het rapport komt naar voren dat de Fusietoets destijds is ingevoerd als reactie op (ongewenste) schaalvergroting in het MBO en HO, maar vooral impact heeft op het primair onderwijs en daar gewenste fusies soms in de weg staat, bijvoorbeeld fusies in verband met krimp of professionalisering van de bestuurskracht. Ook leidt de toets tot bureaucratie en administratieve lasten. De onderzoekers adviseren daarom de fusietoetsregels aan te passen.
De bewindslieden wijzen er in een reactie op dat in het funderend onderwijs de noodzaak tot samenwerking en fusie is gegroeid. Dat komt doordat het aantal leerlingen afneemt (krimp) en ook door de invoering van passend onderwijs. Er is meer behoefte ontstaan aan (bestuurlijke) fusies en samenwerking om te kunnen blijven voorzien in een breed en gevarieerd onderwijsaanbod. De bewindslieden gaan over de aanbevelingen uit de evaluatie in gesprek met ‘deskundigen, ouders en leerkrachten en andere betrokkenen uit het veld’ om te komen tot ‘een nadere uitwerking’. Ze verwachten op 1 maart 2016 op basis van die gesprekken conclusies naar de Eerste en Tweede Kamer te kunnen sturen. In diverse commentaren wordt dit tijdpad betreurt, er was gehoopt op een snellere doorvoering van wijzigingen. Mogelijk komt dit onderwerp op 7 december 2015 al weer aan de orde als de Tweede Kamer debatteert over krimp.
Lees meer

Het Scenariomodel-VO is een online leerlingenprognose-tool, dat inzicht geeft in basisprognoses van leerlingenaantallen, formatie, ruimtebehoefte en bekostiging en is aan te passen aan eigen inzichten. Onlangs is dit gratis en vrij toegankelijke instrument met hulp van gebruikers uit het voortgezet onderwijs verder doorontwikkeld en geactualiseerd waardoor er nog meer informatie beschikbaar is.
Lees meer

Periodiek wordt de Regeling vaststelling schoolvakanties geëvalueerd, om te peilen of deze regeling nog voldoet aan de wensen en behoeften van de veranderende samenleving De huidige regeling bepaalt dat centraal worden vastgesteld: de zomer- en de kerstvakantie en één week meivakantie. Voor de voorjaars- en herfstvakantie worden adviesdata gegeven.
Uit de evaluatie komt naar voren dat zowel ouders als scholen voelen voor de centrale vaststelling van twee weken meivakantie. De staatssecretaris noemt dit een ‘interessante gedachte’ en laat een impact assessment uitvoeren, dat begin 2016 gereed moet zijn.
Eventuele invoering van dit nieuwe beleid zou dan over enkele jaren plaats kunnen vinden.
Lees meer

DUO verwerkt aanvragen voor BRIN-wijzigingen door fusies en overdrachten met ingangsdatum 1 januari 2016 nog dit jaar, als schoolbesturen deze vóór 9 december 2015 leveren. Aanvragen die op 9 december 2015 of later binnenkomen, verwerkt DUO in januari 2016.
Lees meer

VOION, Arbeidsmarkt- en Opleidingsfonds voortgezet onderwijs liet TNO literatuuronderzoek doen werkdruk in het VO. Onderzocht werd welke mechanismen in het voortgezet onderwijs werkdruk kunnen veroorzaken en wat goede manieren zijn om met werkdruk om te gaan. Opvallend is dat er veel wetenschappelijk onderzoek is gedaan naar de gevolgen van werkdruk, zoals burn-out. Over de oorzaken van werkdruk in het voortgezet onderwijs bestaat echter nauwelijks literatuur op basis van wetenschappelijk onderzoek. Dat neemt niet weg dat er volgens Voion uit het literatuuronderzoek veel waardevolle aanbevelingen en praktijkbeschrijvingen naar voren zijn gekomen.
Lees meer

Het ziekteverzuim in het voortgezet onderwijs is in 2014 gedaald tot 4,9% bij het onderwijzend personeel en 5,1% bij het onderwijsondersteunend personeel. Daarmee volgt het ziekteverzuim in het voortgezet onderwijs de landelijke dalende trend. In Nederland daalde het ziekteverzuim in 2014 tot 3,8%; dit is het laagste verzuimpercentage sinds 1996 (CBS, 2015). Het lage ziekteverzuim houdt volgens het CBS mogelijk verband met de economische situatie. Ook draagt de milde griepgolf aan het begin van 2014 bij aan het lage verzuimpercentage in dat jaar.
Uit de verzuimcijfers in het voortgezet onderwijs blijkt dat het verzuim bij het onderwijzend personeel (OP) en het onderwijsondersteunend personeel (OOP) een (lichte) daling laat zien:

• Het verzuimpercentage van het OP is gedaald van 5,0% in 2013 naar 4,9% in 2014; voor het OOP daalt het verzuimpercentage van 5,4% in 2013 naar 5,1% in 2014.
• De ziekmeldingsfrequentie is voor zowel het OP als het OOP met een procentpunt gedaald in 2014 naar 1,6 respectievelijk 1,3.
• De gemiddelde verzuimduur nam in 2014 toe met 1 dag naar gemiddeld 13 dagen verzuim voor het OP en 17 dagen voor het OOP.
• Het nulverzuimpercentage (dat is het percentage werknemers dat zich niet ziek heeft gemeld in enig jaar) is in 2014 fors gestegen. Voor het OP van 40,2% naar 47,8% en voor het OOP van 43,6% naar 50,5%.

Lees meer

De Tweede Kamer is geïnformeerd over de wijze waarop vanaf 2017 de middelen voor Gemeentelijk Onderwijsachterstanden Beleid zullen worden verdeeld. Er komt een vaste voet voor kleinere gemeenten, zodat ook zij het gewenste kwaliteitsniveau kunnen gaan realiseren.

Lees meer