Minister Wiersma werkt visie op bevordering kansengelijkheid funderend onderwijs uit – 10 maart 2023
Met zijn kamerbrief d.d. 10 maart 2023 ontvouwt de minister aan de Eerste Kamer en Tweede Kamer zijn plannen op korte en op langere termijn om de kansengelijkheid binnen het funderend onderwijs te bevorderen.
Hij kiest daarbij voor een vijftal terreinen:
- focus op de startpositie van jonge kinderen;
- garanderen van de basiskwaliteit van het onderwijs;
- zorg voor gelijke toegang tot onderwijs;
- verrijking van de omgeving voor kinderen en jongeren;
- vergroten van de flexibiliteit en maatwerk in het onderwijs.
Vanuit bedrijfsvoeringsoogpunt vallen ons daarbij de volgende punten op:
- De huidige regeling arbeidsmarkttoelage wordt verlengd tot en met december 2023. De sociale partners wordt gevraagd voor het schooljaar 2023-2024 afspraken te maken over een nieuwe regeling voor 2024 en verder.
- Voor de verdeling van de extra middelen ter bestrijding van achterstanden in het voortgezet onderwijs (leerplusarrangement) wordt vanaf 1 januari 2024 gebruik gemaakt van een door het CBS ontwikkelde indicator die uitgaat van de kenmerken van de leerlingen zelf. Deze indicator is al in het primair onderwijs in gebruik. Het budget voor het leerplusarrangement wordt structureel met 105 miljoen euro verhoogd tot in totaal 157 miljoen euro in 2024. Het gebruik van de CBS-indicator zal echter tot herverdeeleffecten leiden.
- Er komt mogelijk een limiet aan de hoogte van de vrijwillige ouderbijdrage (dit in lijn met de daartoe strekkende motie De Hoop).
- Ingezet wordt op een duurzame en structurele vormgeving van het programma School en Omgeving, zie ook de website van de Gelijke Kansen Alliantie
- De minister ziet af van een door de Onderwijsraad geadviseerde generiek verplichte driejarige brede brugperiode voor alle vo-scholen en vo-leerlingen. Wel blijft hij heterogene brugklassen simuleren met een subsidieregeling.
Uiteraard blijven we de plannen en ontwikkelingen volgen en wij informeren u zodra er meer bekend is.