Tarieven en rekentool vereenvoudiging bekostiging geactualiseerd
Het ministerie van OCW heeft de informatie over de vereenvoudiging van de bekostiging geactualiseerd.
De indicatieve tarieven voor de basisbekostiging zijn verhoogd en de rekentool is hierop aangepast. Met deze rekentool hebben scholen en besturen inzicht in de laatste stand van zaken. Ook zijn de indicatieve bedragen voor de aanvullende regelingen voor geïsoleerde en brede vestigingen naar boven bijgesteld.
De in de rekentool gehanteerde tarieven zijn gebaseerd op de definitieve leerlingentelling van 1 oktober 2019 en de definitieve bekostigingsbedragen over 2020.
De vereenvoudiging in basisbekostiging kent een vast bedrag per (neven)vestiging en een vast bedrag per leerling:
€ 216.368,71, voor de hoofdvestiging van een school;
€ 108.184,35, voor de nevenvestiging(en) van een school;
€ 7.397,86, voor alle onderbouwleerlingen. En hetzelfde bedrag voor alle bovenbouwleerlingen in het vwo, havo, mavo en de gemengde leerweg in het vmbo;
€ 8.703,73, voor alle leerlingen in het praktijkonderwijs. En hetzelfde bedrag voor bovenbouwleerlingen in het vbo.
Er geldt een algemene overgangsregeling voor alle besturen en een specifieke overgangsregeling voor schoolbesturen waarvoor de bekostiging met 3% of meer afneemt.
Aanvullend op de basisbekostiging is er sprake van extra bekostiging:
- voor leerlingen in de gemengde leerweg in het vmbo (€ 295 per leerling);
- voor geïsoleerde vo-vestigingen (bedrag gelijk aan vast bedrag van hoofdvestiging);
- voor kleine brede scholengemeenschappen met een geïsoleerde vestiging (€ 2.960 per leerling voor elke leerling onder de 1.200, met een maximum van 300 maal het bedrag per leerling) en voor vestigingen met een volledig breed aanbod.